Bij IrisZorg werken sinds 2016 zowel zorgprofessionals met ervaringsdeskundigheid als ervaringsdeskundigen. Wat was de reden om meer met ervaringskennis te gaan doen?
Daniëls: ‘De cliëntenraad van IrisZorg heeft hierop aangedrongen bij het bestuur. Het lag ook voor de hand om herstel en ervaringskennis binnen de eigen instelling op te pakken. De toenmalige bestuurder was betrokken bij het Handvest van Maastricht, waarin ervaringskennis duidelijk benoemd wordt. Toen ben ik gevraagd om mee te denken over een plan.’
Het handvest is een overeenkomst tussen de cliëntenraden en bestuurders van verslavingszorginstellingen voor een meer herstelondersteunende zorg- en dienstverlening, waarin ervaringskennis wordt erkend als derde kennisbron naast wetenschappelijke en professionele kennis.
Waarom is gekozen om tegelijkertijd in te zetten op zowel ervaringsdeskundigen als zorgprofessionals met ervaringsdeskundigheid?
Daniëls: ‘We hadden net IrisCovery opgezet om cliënten bij elkaar te brengen die wilden werken met hun ervaringskennis. Een aantal van hen wilde graag iets voor andere cliënten doen. Daar lag een kans. Ik kende veel professionals in het primaire proces met ervaringskennis. Dat zijn in potentie ervaringsdeskundigen. Waarom zou je dat potentieel onbenut laten?
We hebben dat in de teams besproken en gepromoot en zijn professionals gaan werven. Maar het was wel een gokje dat professionals hun ervaringskennis ook willen inzetten. Een gokje dat goed uitpakte. Er waren zorgprofessionals bij voor wie het een verademing of bevrijding was. Zij dachten: ‘Eindelijk wordt mijn ervaringskennis erkend en kan ik die gaan inzetten in mijn werk.’
Plus: gelijkwaardigheid is onze grondhouding. Het is een van de belangrijkste manieren om een behandeling of begeleidingstraject te kunnen laten slagen. Ik dacht: als ik als manager Zorg gelijkwaardigheid nastreef in alles wat ik doe, dan zou het heel raar zijn als we het niet als gelijkwaardige bron van kennis zouden neerzetten.’
Hoe zag dat er in de praktijk uit?
Weerman: ‘We hebben een leergang opgezet met twee gemixte klassen van twaalf mensen. Oud-cliënten en professionals zaten samen in een groep. Iedereen had hbo-niveau. We vonden daarbij belangrijk dat ze kunnen reflecteren op de eigen ervaringen.’
Daniëls: ‘Het hielp enorm dat we een stevige interne leergang hebben georganiseerd met een certificaat, waarbij we samenwerkten met vier ervaren docenten met ervaringsdeskundigheid van een erkende onderwijsinstelling. Het was dus veel meer dan even een workshop.’
Wat waren de voor- en nadelen?
Daniëls: ‘We moesten in het begin heel hard kwartiermaken. Bij IrisZorg stond de cultuur het eigenlijk nog niet toe. Over het thema ervaringskennis en ervaringsdeskundigheid binnen de teams was nauwelijks iets bekend. Er waren eerste voorzichtige stappen met betrekking tot herstelondersteunende zorg gezet, maar was dit nog onvoldoende uitgewerkt.
De zorgprofessionals liepen in de teams keihard aan tegen dingen als wederkerig en gelijkwaardig werken. Ze zagen nu dingen in hoe er met cliënten werd omgegaan die zij eerst normaal en nu heel heftig vonden En er was nog veel sprake van stigma op ervaringskennis bij zorgprofessionals: je praat in je werk niet openlijk over je eigen ontwrichting, niet in teamoverleggen en niet met cliënten.
Het hielp dat we IrisCovery al hadden en dat ik zelf als een soort pionier over mijn ervaringskennis begon te praten. En natuurlijk de steun vanuit het bestuur.’